De schuldsaldoverzekering is dus een vorm van overlijdensverzekering. Dankzij deze verzekering kan men, in geval van overlijden, vermijden dat de maandelijkse aflossingen voor de overlevende partner plots te hoog worden en dat deze hierdoor in financiële moeilijkheden geraakt, of dat de erfgenamen bijvoorbeeld het huis moeten verkopen. Voor bijkomende info klik hier.

Wie een hypothecair krediet afsluit, krijgt wel snel de vraag voorgeschoteld of hij een schuldsaldoverzekering wenst af te sluiten. Wat verstaat men hier eigenlijk onder? En bestaan er verschillende soorten schuldsaldoverzekeringen?

De schuldsaldoverzekering (soms afgekort ssv) is de verzekering die ervoor zorgt dat het resterende, nog niet terugbetaalde bedrag van een hypothecair krediet door de verzekeringsmaatschappij betaald wordt en dus niet meer terugbetaald moet worden door de partner of de erfgenamen, indien de verzekerde die het hypothecair krediet afgesloten heeft, overlijdt. De schuldsaldoverzekering is dus een vorm van overlijdensverzekering. Dankzij deze verzekering kan men, in geval van overlijden, vermijden dat de maandelijkse aflossingen voor de overlevende partner plots te hoog worden en dat deze hierdoor in financiële moeilijkheden geraakt, of dat de erfgenamen bijvoorbeeld het huis moeten verkopen. Bij een overlijden worden inderdaad niet alleen de bezittingen geërfd, maar ook schulden. Een schuldsaldoverzekering is in dat geval voor de nabestaanden een grote opluchting. Voor de bank is het een zekerheid dat het geleende bedrag terugbetaald wordt, zelfs indien u overlijdt. De uitgekeerde som zal geleidelijk aan afnemen, evenredig met het afbouwen van de openstaande schuld.

Er bestaan verschillende soorten schuldsaldoverzekeringen. De gedekte som is hierbij verschillend, en de te betalen premie natuurlijk ook. Het onderscheid gebeurt in functie van het gedekte percentage van het totaalbedrag.

Bij een schuldsaldoverzekering van 2 X 50 % (=100 %)staat elke partner in voor 50 % van het totale bedrag. Wanneer een van deze beide partners overlijdt, zal de schuldsaldoverzekering inspringen voor het deel van de overledene, maar niet voor het deel van de overlevende. Deze zal nog altijd zijn eigen helft moeten betalen. Hier bestaat natuurlijk het risico dat het betalen van de eigen helft plus de totaliteit van de kosten van het huishouden te zwaar doorwegen en dat de overlevende toch in de financiële problemen geraakt. Dit kan men vermijden door een schuldsaldoverzekering te nemen van 2 X 100 % (= 200 %). In dit geval vervalt, bij het overlijden van een van de partners, de volledige aflossing. De overlevende partner moet dan zelf niets meer betalen, de totaliteit van het krediet is afgelost. Het spreekt vanzelf dat de tweede soort een grotere veiligheid biedt, maar vermits het totale verzekerde bedrag veel hoger ligt, zijn de te betalen premies ook veel hoger. Omdat beide partners niet noodzakelijk dezelfde inkomens hebben, is het mogelijk voor elk van de partners een verschillend verzekeringspercentage te kiezen. Alle intermediaire mogelijkheden bestaan. Deze optie is veiliger en interessanter, vooral indien beide partners een verschillend inkomen hebben. Het is tegelijk veilig voor beide partners, en goedkoper dan de 2 X 100 %-formule.

Bij het kiezen van een schuldsaldoverzekering is dit dus zeker de eerste vraag die men zich moet stellen: 2 X 50 % of 2 X 100 % of een tussenpercentage?